Waar komt de naam “Huisman” vandaan?

Laten we om te beginnen de “Van Dale” er maar eens bijpakken en kijken wat daar over “Huisman” wordt gezegd. De eerste betekenis van “Landman, boer” komt goed overeen met wat men in de Middeleeuwen in het Leenstelsel onder huisman verstond: ·

den gemeenen vrije, en met name den vrijen boer”.

Ook in de Vergilius vertalingen van Vondel (Deel VI, 1646) worden Huismannen geassocieerd met “D’Ackermans” wanneer hij schrijft:
…….Zy zetten zich in slaghorden: men vecht nu niet op zijn huismans met harde stocken, of gebrande tuinstaken; maer beslecht het krackeel met tweesnedige lemmers………..”

Huisman” als een beroepsnaam dus, een naam waar men zich ook graag op liet voorstaan; zo hadden deftige oude boeren in Friesland graag dat men hen op het adres van een brief als huisman betitelde.

Onze voorvaderen waren dan ook boeren, eerst veehouders en akkerbouwers, later ook turfboeren en turfgravers. Zo is bekend dat onze stamvader Claes Jans Huijsman  in het Nederland onder de rook van Blokzijl al in 1727 “koejen” had en dat zijn broer Jan Jans Huijsman in 1731 in Scheerwolde pacht betaalt voor “Haeverlant”.

De naam “Huijsman”, “Huysman”, “Huisman” duikt voor het eerst op in de kop van Overijssel en het aangrenzende stukje Drente zo rond 1660. Tot dit gebied heb ik mij beperkt omdat ons vroegste voorgeslacht hier vandaan komt. In Hasselt wemelt het van de Huismannen. De Huismannen van het eerste uur noemden zich veelal “Huijsman”, hoewel men over de exacte spelling ook weer niet al te moeilijk deed. In onze familie waren we van 1701 tot ca. 1775 “Huijsman”, daarna tot ca. 1812 “Huysman” en later onder de Burgerlijke Stand na 1812 veelal “Huisman”.

De verschillende spellingen werden soms ook door elkaar gebruikt.

Stamvader Claes Jans Huijsman gebruikt de achternaam “Huijsman” voor het eerst op 13 februari 1701 bij zijn tweede huwelijk in Blokzijl met Gerritje Teunis. Daarvoor tekende hij met “Claes Jans(en)”, ook nog onder de voogdijregeling van 26 januari 1701.

Velen gingen hem voor met het gebruik van de achternaam Huisman in deze regio:

-  Hendrick Jans Huijsman   ( 1661 Ruinerwolt)
-  Bartelt Jans Huijsman       ( 1664  Schutsloot)
-  Jacob Jans Huijsman         ( 1665 Ruinerwolt)
-  Harms Huijsman               ( 1665  Steenwijkerwolt)
-  Jan  Jansen Huijsman        ( 1671 Wanneperveen)
-  Hendrik Arents Huijsman ( 1674 Kolderveen)
-  Jan Jans Huijsman             ( 1676  Kolderveen)
-  Henrijck Huisman              ( 1682  Schutsloot)

Zo rond 1700 volgden verder Jan Hendriks Huisman (1697 Zwartsluis), Coop Harm Huijsman (1705 Zwartsluis/ Giethoorn), Albert Gerrits Huijsman (1713 Giethoorn), Hendrik Jans Huijsman ( 1719 Wanneperveen), Jan Hendriks Huisman ( 1727 Wetering) en Jan Jacobs Huijsman (1729 Giethoorn) om een paar te noemen. Enkele vroege takken hiervan heb ik in mijn onderzoek meegenomen, maar zeker niet allemaal tot het heden ontwikkeld.

Vele Huismannen dus, maar tot op heden heb ik geen enkel familieverband kunnen vinden tussen de bovengenoemde namen en de tak van onze stamvader Claes Jans Huijsman.